Verslag webinar Biobased Bouwmaterialen in de NMD
Op 22 juni is het ‘Witte Vlekkenproject Biobased Bouwmaterialen’ van start gegaan. De naam ‘Witte Vlekkenproject’ komt voort uit de wens en de noodzaak om de Nationale Milieudatabase (NMD) te vullen met productkaarten van bouwproducten die door de producent of de leverancier van het bouwproduct zijn ontwikkeld. Met betrekking tot biobased bouwproducten zijn in de NMD een groot aantal witte vlekken te vinden. Het ontwikkelen van productkaarten is echter arbeids- en kostenintensief. Met het Witte Vlekkenproject biedt Stichting NMD een tegemoetkoming in de kosten.
Deelname aan het project maakt het mogelijk een vergoeding van € 2500,- te ontvangen voor de ontwikkeling van een LCA (levenscyclusanalyse) van een bouwproduct. De LCA dient te leiden tot opname van een nieuwe categorie 1-productkaart in de NMD. De aanmeldingsprocedure voor de vergoedingsregeling van biobased bouwproducten is nu geopend. De start van het project werd omlijst met een webinar waarin het project werd toegelicht.
De webinar is al geweest. Heeft u hem gemist? Bekijk de replay hier
- Jan-Willem Groot, Stichting NMD
- Thomas Pijnenborgh van Groene Bouwmaterialen
- Sissy Verspeek van Agrodome
- Rogier van Mensvoort van Isovlas
- John Drissen, Stichting NMD
De webinar werd geleid door Gerhard Hospers van bouwmaterialenleverancier Raab Karcher / Green Works Academy. Gerhard gaf achtereenvolgens het woord aan:
Jan-Willem Groot, Stichting NMD
Thomas Pijnenborgh van Groene Bouwmaterialen
Sissy Verspeek van Agrodome
Rogier van Mensvoort van Isovlas
John Drissen, Stichting NMD
Het stelsel
Jan-Willem Groot, directeur van Stichting NMD, beschreef hoe het stelsel van milieuprestatie (met als belangrijkste componenten de Bepalingsmethode Milieuprestatie en de Nationale Milieudatabase) is opgebouwd en hoe het stelsel een berekening van de milieuprestatie van een bouwwerk mogelijk maakt. De berekening wordt uitgevoerd aan de hand van productkaarten die in de NMD zijn opgenomen. De categorie-1-productkaarten die door de producenten en leveranciers van bouwproducten zijn ontwikkeld, zijn daarbij van groot belang. Meer dan de categorie-2 en de categorie-3 productkaarten benaderen de categorie-1 kaarten de as-built-situatie zo dicht mogelijk. De conclusie is dan ook dat de kwaliteit van de milieuprestatieberekening wordt versterkt met een Nationale Milieudatabase die met categorie-1 productkaarten ruim gevuld is.
Biobased bouwmaterialen
Thomas Pijnenborgh is directeur-eigenaar van Groene Bouwmaterialen en Groene Bouwsystemen. Naast zijn afbouwbedrijf voor leemstucwerk, na-isolatie en wandverwarming startte hij in 2008 met een bouwmaterialenhandel die zich specifiek op ecologische producten richt. In de beginfase was hij vooral bezig met het leveren van materialen aan particulieren die op een milieubewuste manier aan het bouwen waren. Maar allengs breidde zijn klantenkring zich uit met aannemers en zzp’ers. Volgens Thomas Pijnenborg is de ecologische bouwmarkt een groeimarkt. Vooral de laatste 3 jaar is er een acceleratie opgetreden. Dat komt onder andere door de toenemende aandacht voor houtskeletbouw. Deze bouwwijze biedt goede mogelijkheden om het gehele bouwwerk met biobased materialen af te werken. Ook de komst van de NMD en de berekening van de MPG speelt een rol in de profilering van de ecologische bouwproducten.
Thomas heeft deze presentatie zonder powerpointpresentatie gegeven.
Sissy Verspeek van Agrome is gespecialiseerd in het bouwen met biobased materialen en houdt zich onder meer bezig met het ontwikkelen van LCA’s van bouwmaterialen. Door Stichting NMD is zij erkend als LCA-deskundige. Dat betekent dat zij ook als onafhankelijk ‘reviewer’ een door een producent, een leverancier of een branche aangeleverde LCA controleert en beoordeelt. Pas na goedkeuring van de reviewer mag de LCA in een NMD-productkaart worden omgezet. Sissy beschrijft het ontwikkelingsproces van een LCA; van het verzamelen van data, het maken van berekeningen tot en met het opstellen van het LCA-rapport. Zij gaat nader in op aspecten als de geheimhouding van specifieke product- en bedrijfsgegevens. Ook geeft zij voorbeelden van de data die moeten worden verzameld.
Rogier van Mensvoort is in het jaar 2000 samen met Kees van Opstal, de fabrikant van prefab dakelementen, gestart met het maken van isolatiematerialen van vlas. Het begin was niet makkelijk. Niemand zat op vlas te wachten. Maar anno 2022 is dat anders. “Toen moesten we iedereen bellen en nu worden we af en toe gebeld.” De tijden zijn anders. De stijgende energieprijzen heeft het belang van isoleren aangetoond en de markt is nu rijp voor biobased producten. “Alles valt nu de goede kant op”. Rogier van Mensvoort van Isovlas vertelt ook over zijn ervaringen met het opstellen van een LCA voor opname in de NMD. Het was een traject met hindernissen dat best wel lang heeft geduurd. “We waren echt aan het pionieren, maar ik denk dat de kinderziektes in dat proces er nu wel uit zijn.” Hij meent dat het voor de producenten en leveranciers van groot belang is dat de biobased producten van goede data worden voorzien. Volgens Rogier worden biobased producten vaak op basis van emoties verkocht. “Maar als we bij de BAM aankloppen, willen ze wel weten hoe die emotie opgebouwd is. De NMD-database is daar een perfecte tool voor.”
Rogier werd geïnterviewd door Gerhard Hospers en heeft geen powerpointpresetatie gebruikt.
John Drissen, accountmanager van de NMD en projectleider van het Witte Vlekkenproject, geeft een gedetailleerde beschrijving van de vergoedingsregeling, zoals onder andere het beschikbare budget en de voorwaarden om in aanmerking te komen. Het product moet uit een duurzame winning voortkomen en het biobased gedeelte moet overheersen. Het budget is gemaximaliseerd en dat leidt ertoe dat het principe ‘wie het eerst komt, wie het eerst maalt’ wordt toegepast. Het LCA-onderzoek is gebaseerd op Europese norm EN 15804, maar dat betekent niet dat Europese EPD’s (LCA-onderzoeken) zonder meer worden geaccepteerd. De niet_Nederlandse EPD’s moeten worden aangepast aan de Nederlandse situatie. De toepassing van de EN 1504 houdt wel in dat het LCA-onderzoek zowel een onderzoek is naar een set van 11 milieueffect-categorieën als naar een set van 19 milieueffect-categorieën. Een LCA-deskundige kan hierover meer vertellen. John Drissen gaat verder in op de vraag met welke kosten rekening moet worden gehouden. De aanmelding voor de vergoedingsregeling is geopend tot en met 21 september. Bij de aanmelding is het niet nodig al enige LCA-gegevens aan te leveren.
Bekijk de powerpointpresentatie van John Drissen
Lees hier de FAQs over de vergoedingsregeling Biobased bouwproducten