VERAS ontwikkelt hergebruik-productkaarten
VERAS, branchevereniging voor sloopaannemers en asbestverwijderingsbedrijven, ontwikkelt drie nieuwe productkaarten die in de NMD worden opgenomen. De kaarten worden ontwikkeld in het kader van het Witte Vlekkenproject Hergebruik.
Deze productkaarten vormen voor de NMD een welkome aanvulling omdat het aantal kaarten in de categorie hergebruik tot nu toe beperkt is. Aangezien hergebruik een cruciale rol speelt in de circulaire bouweconomie, is er alle reden om aan Erik Hoven te vragen hoe het ontwikkelingsproces van de productkaarten verloopt. Erik is werkzaam bij MiSa Advies en begeleidt voor VERAS de ontwikkeling van de kaarten.
Om welke producten gaat het?
“Wij zijn bezig met de ontwikkeling van categorie-2 productkaarten voor her te gebruiken balkhout, houten vloerdelen en tussenwanden. Het gaat om producten met goede afzetmogelijkheden. Ze zijn kansrijk om aan de eisen van de bouwregelgeving te voldoen en worden nog niet door andere branches omarmd. Dat laatste is wel het geval met beton en steen. Het gaat om hoogwaardig hergebruik van deze producten. Ook de tussenwanden van gipsplaat worden hoogwaardig gebruikt.”
Hoe hebben jullie het aangepakt?
Zes VERAS-leden hebben een commissie gevormd. Ze zijn aan de slag gegaan om onder aanwijzingen van de adviseurs van LBP|SIGHT de benodigde data te verzamelen. Dat was een intensief proces. De commissieleden kregen van de adviseurs heel wat huiswerk mee. Ze moesten bijvoorbeeld nauwkeurig bijhouden hoeveel spijkers en schroeven uit de balken werden verwijderd; hoeveel zaagverlies er was; of het product machinaal of handmatig uit het gebouw was verwijderd; in welke mate het product herbruikbaar was.
Hoe makkelijk of lastig is het om een ‘hergebruikkaart’ te maken?
“Het is niet makkelijk om een hergebruikkaart te maken. Van een nieuw product weet je exact waarvan het gemaakt is en hoe het gemaakt is. Bij een hergebruikproduct weet je dat vooraf niet. We hebben eerst nauwkeurig moeten vaststellen wat de functionele eenheid van het betreffende product is.
Wat is specifiek aan een hergebruikkaart?
Maar de grootste uitdaging was om onder de H-factor te blijven. De hergebruiksfactor is een waarde die op een hergebruikproduct mag worden toegepast. Door nauwkeurig relevante data te verzamelen, hebben we kunnen aantonen dat de milieuscore van de producten uiteindelijk beter is dan de milieuscore met de H-factor.”
H-factor
De hergebruiksfactor (H-factor) is van toepassing bij de inzet van her te gebruiken (tweedehands) producten. Het is een generieke waarde (bij alle producten hetzelfde) die over het initiële productsysteem wordt berekend. De H-factor reduceert de milieulast die bij de modules A1-A3, C3, C4 en D wordt berekend. De hergebruiksfactor is standaard vastgesteld op 0,2. Bij deze vorm van onvoorzien hergebruik wordt het product in dezelfde functionele toepassing gebruikt als het initiële product. De levensduur van het hergebruikte product wordt gelijkgesteld aan de referentielevensduur van het originele product.
Lees meer over o.a. aanpassingen en levensduur op de pagina Rekenregels
Wat is het doel van deze oefening?
“We willen dat de 100 leden van VERAS in principe in staat zijn om producten overeenkomstig de productkaarten te leveren. Dat betekent dat de in de LCA beschreven werkwijze strookt met de werkwijze van de leden. Ongetwijfeld zullen sloopaannemers die geen VERAS-lid zijn ook baat hebben bij de productkaarten, maar dat vinden wij geen probleem. Dit is wat onze branche nodig heeft. De noodzaak van deze kaarten wordt in de toekomst alleen maar versterkt. Je kunt op dit moment al constateren dat de branche van sloopaannemers in zijn totaliteit in transitie is. Tegenwoordig zijn steeds meer sloopaannemers bezig om een gebouw te ontmantelen en de waardevolle producten eruit te halen voor hergebruik. De ontwikkeling van deze productkaarten past in deze transitie en is ook noodzakelijk om deze transitie verder door te zetten.”
Hoe gaat het verder?
“Het is een eerste en leerzame oefening. Zoals gezegd, het was arbeidsintensief en niet gemakkelijk, maar de adviseurs van het Witte Vlekkenproject hebben ons prima ondersteund. Hoewel de productkaarten nog niet gereed zijn, hebben we het idee dat we kaarten maken waaraan de markt iets heeft. Uiteindelijk willen we het gehele proces evalueren en zullen we naar verwachting verdergaan met de ontwikkeling van andere hergebruik-kaarten. Hoe meer hergebruikkaarten er worden ontwikkeld, hoe belangrijker de rol van de sloopaannemers in de circulaire bouweconomie wordt.”
Is de sloopaannemer klaar voor deze belangrijke rol als de NMD gevuld is met talloze hergebruikkaarten?
“Qua organisatie en marketing zijn de sloopaannemers daarop aan het voorsorteren. De expertise van de aannemers met betrekking tot het circulair slopen neemt toe, evenals die van het bouwen en het bouwproces. Sloopaannemers kunnen de ontwerpers prima adviseren over losmaakbaar bouwen.
Wij kunnen en willen in de circulaire bouweconomie een centrale rol spelen. Maar om die functie goed te vervullen, vragen wij aan de andere partijen in het bouwproces om ons meer tijd en gelegenheid te geven. Meestal worden de sloopaannemers pas aan het einde van het ontwikkelingsproces aan tafel gevraagd. Dan dient in mum van tijd een gebouw te worden ontmanteld. Geef ons tijd en gelegenheid om een inventarisatie te maken op herbruikbare producten van het gebouw! De gebruikers van de NMD zullen dan merken dat de toepassing van hergebruik-productkaarten door een breed aanbod van concrete bouwproducten wordt ondersteund.”