Nieuw wijzigingsblad over hergebruik
In april van dit jaar is er een notitie openbaar gemaakt met daarin een voorstel voor methodische regels over hoe om te gaan met hergebruik van producten, die worden opgenomen in de Nationale Milieudatabase (NMD).
Deze is na een daaropvolgende consultatieronde aangepast en op 1 oktober 2020, gepubliceerd. De wijzigingen zijn van invloed op hoofdstuk 2 en 3 van de Bepalingsmethode Milieuprestatie Bouwwerken 1.0 (juli 2020), en respectievelijk per 1 januari 2021 en na aanwijzing in de Regeling Bouwbesluit van kracht. Per abuis is in eerder bericht gecommuniceerd dat ook de wijziging van hoofdstuk 3 per 1 januari 2021 van kracht wordt.
Onder hergebruik wordt het opnieuw gebruiken van bouwproducten of bouwwerkelementen in dezelfde functie verstaan. Her te gebruiken producten zijn onder te verdelen in producten met voorzien hergebruik en onvoorzien hergebruik.
Voorzien hergebruik
Gelukkig zijn er steeds meer producten waarbij in de ontwerpfase al rekening wordt gehouden met een tweede of zelfs derde gebruik. Deze vallen onder de categorie ‘voorzien hergebruik’. Bij voorzien hergebruik dient bij het invoeren van productkaarten in de NMD rekening te worden gehouden. De regels hiervoor zijn dan ook vastgelegd in hoofdstuk 2 van de Bepalingsmethode, die betrekking heeft op de methodische eisen.
Onvoorzien hergebruik
Wat met ingang van het Wijzigingsblad ook wordt vastgelegd, is de omgang met producten waarbij op voorhand niet bekend is dat het zal worden hergebruikt. Dit betreft hergebruik van producten waarbij initieel in de milieuprestatieberekening geen rekening is gehouden met hergebruik, waarvan de restlevensduur niet bekend is of waar hergebruik al volledig is toegerekend aan het initiële productsysteem. We spreken in dat geval van ‘onvoorzien hergebruik’, waarvoor regels zijn vastgelegd in hoofdstuk 3 van de Bepalingsmethode, die ingaat op de rekenregels ten behoeven van een milieuprestatieberekening.